Meerijden met verhuizer Roger van der Velde: ‘Gewicht zit tussen je oren’
Veel gelegenheid om in de cabine van de Mercedes Benz Actros met Roger van der Velde te praten is er niet. De rit van vandaag voert van Den Haag naar Rijswijk. Een ritje van amper veertien kilometer. De rest van de dag heeft Roger (46) geen stuurwiel in handen, maar verhuisdozen; heel veel verhuisdozen. “Verhuizer is geen chauffeursberoep. De meeste chauffeurs pikken ergens een lading op; wij moeten zelf voor de lading zorgen.”
John Jansen, Michel Wever en Sciandri Rijnschot schieten collega Van der Velde van Van der Velde ’t Veentje te hulp. De dag daarvoor hebben ze de inboedel van een statig herenhuis in dozen gestopt en een hele reeks meubels en schilderijen in beschermend folie verpakt. Nu laden ze de wagen vol.
In totaal moet er ruim 60 kuub verhuisd worden, dus hij heeft ’s morgens ook nog een aanhanger aangekoppeld. Het is onmogelijk om die aanhanger in de smalle straat te krijgen, dus die staat vijf minuten verderop op een bedrijventerrein gestald. In de loop van de middag komt er een bestelbusje. Die pendelt de dozen, die niet meer in de Actros passen, naar de aanhanger.
Pijpenstelen
Het regent pijpenstelen als Van der Velde even voor acht uur in de ochtend achteruit de Oranjelaan binnenrijdt. De straat is smal en slingert enigszins. Hekjes, paaltjes, bomen, lantarenpalen en links en rechts nonchalant geparkeerde auto’s maken het tot een echte hindernisbaan. Maar hij kan ervan genieten. “Ik zet even de ramen open, dan heb ik beter zicht. De camera gebruik ik enkel om te zien of er niks achter me staat; manoeuvreren doe ik op m’n spiegels. En ja, van die smalle straatjes vind ik leuk. Minder te spreken ben ik over die bomen; je krijgt altijd krassen op je auto, dat houd je helaas niet tegen.”
Van der Velde heeft een vaste auto – alleen als hij met vakantie is rijdt er iemand anders op – en is daar zuinig op. Als hij met een ploegje verhuizers op pad is, let hij erop dat niemand met vieze schoenen de cabine binnenstapt. “Vandaag aan het einde van de dag geef ik de cabine nog een extra schoonmaakbeurt. Ik houd van een nette wagen. Maandag ga ik ermee met Michel naar Zuid-Frankrijk, dan slaap je ook in de auto, dus wil ik ‘m wel schoon hebben.”
Achter het stuur maakt Roger een ontspannen indruk. Ook het feit dat hij door de verslaggever en verhuizer John op de vingers wordt gekeken, doet hem niks. Toch heeft hij pas vijf jaar zijn groot rijbewijs. Terwijl hij al wel 28 jaar actief is in de verhuizingen. Van der Velde Verhuizingen bestaat meer dan 100 jaar.
Roger begon in een kleine bestelbus en zat er ook enkele jaren op de planning. Dat beviel hem maar matig. Elke dag op pad zijn, is wat dit werk voor hem zo aantrekkelijk maakt. Toen de vader van Van der Velde een aantal jaren geleden het familiebedrijf wilde overdragen, leek hij de aangewezen kandidaat. Maar die voelde er niks voor om die verantwoordelijkheid te dragen. Dus werd het bedrijf, Van der Velde ’t Veentje, met in totaal zo’n 35 medewerkers, verkocht en trad hij in loondienst bij de nieuwe eigenaar.
Tekst gaat verder onder de foto.
Stressvol
Van der Velde heeft in de loop der jaren een goede naam opgebouwd op het gebied van particuliere en zakelijke verhuizingen. Zowel nationaal als internationaal. Ambassades, kantoren van de NAVO en Europol, maar ook meer dan honderd piano’s en vleugels en vele honderden andere instrumenten van het Koninklijk Conservatorium in Den Haag werden door Van der Velde verhuisd. Werk om trots op te zijn. Toch ligt de voorkeur van Van der Velde duidelijk bij particulieren. “Waarom? Vooral vanwege het contact dat je met die mensen opbouwt. Een kantoor verhuizen is een tamelijk zakelijke kwestie. Dat zijn vooral bureaus, kasten en stoelen. Een particuliere verhuizing is een stuk intiemer. Je krijgt een inkijkje in iemands leven. Je ziet wat er in de kastjes ligt, er gaan kindertekeningen door je handen. Het is voor sommige mensen ook een stressvolle gebeurtenis. Soms heb je huilende mensen om je heen.”
De verdwenen hamster
Het is de nachtmerrie van elke verhuizer; iets uit je handen laten vallen. In dit geval overkwam het Van der Velde niet zelf, wel een collega van hem. De vrouw des huizes gaf de ploeg bij aanvang van de verhuizing één heldere opdracht mee. “Het enige wat niet stuk mag, is deze Chinese vaas…” enfin, het laat zich raden wat er gebeurde…
En dan was er nog het raadsel van de verdwenen hamster. Dat overkwam hem wel zelf. De verhuiswagen was helemaal volgeladen toen de dochter des huizes over haar hamster begon. Die had ze, met kooi en al, in een verhuisdoos gezet. En uitgerekend die doos was als eerste ingeladen, en stond ver weg tegen de achterwand. Alles weer uitladen was geen optie. Het liep allemaal goed af. Toen de gewraakte doos de volgende dag als een van de laatste werd uitgeladen, bleek de hamster nog springlevend te zijn.
Voorzichtig werken
Vandaag moeten er veel antieke spulletjes worden ingeladen. Of de ploeg dan extra voorzichtig is? “Nee, je moet altijd voorzichtig zijn. Of het nou een kwetsbaar antiek meubeltje is of een solide Lundia boekenkast, we zijn overal voorzichtig mee. Op schade zitten we niet te wachten.”
Het vele antiek dat vandaag ingeladen moet worden, vereist wel een specifieke aanpak. Van der Velde legt in de wagen een ‘bodem’ van volle verhuisdozen, en stapelt daar bovenop de meubeltjes die in dekens gewikkeld zijn. Open ruimtes tussen tafeltje en stoelen worden gevuld met kussens en andere zachte materialen. “Tetris op hoog niveau!” noemt Michel het gepuzzel van Van der Velde. De bak klakkeloos volstouwen is er niet bij. Sciandri heeft er een mooie uitdrukking voor: “Elke verhuizing moet je doen alsof je je moeder verhuist.”
Diezelfde Sciandri grossiert trouwens in oneliners die de aard van verhuizen treffend samenvatten. Als er een loodzwaar dressoir verplaatst moet worden, spreekt hij z’n collega’s moed in met de opmerking “Gewicht zit tussen je oren.” Natuurlijk is verhuizen een zwaar beroep, maar daar moet je niet heel de dag mee bezig zijn, vindt Sciandri: ”Daar wordt het niet makkelijker door. Je moet niet kijken wat er nog gedaan moet worden, je moet kijken wat je al gedaan hebt. En aan einde van de dag lach je erom.” En nog eentje om op een tegeltje te zetten: “Een kast, een kluis of een piano kan zwaar zijn, maar niks is zwaarder dan het leven.”
Grappen en grollen
Intussen maakt John iedereen erop attent dat Van der Velde, die op de laadklep even pauzeert met z’n handen in z’n broekzakken, een wel buitengewoon goede verhuizer is. “Kijk, maar, hij heeft zijn handen al ingepakt.” Er wordt smakelijk gelachen om de grap, ook door Roger van der Velde zelf trouwens. Het is tekenend voor de sfeer in de groep. En de aard van het werk. Je bent zeer op elkaar aangewezen als je met twee of drie man een grote kast door een deurgat moet manoeuvreren of in het liftbakje moet tillen.
De hele ochtend vliegen de grappen en grollen over en weer, en niemand wordt gespaard. Als Van der Velde vertelt dat hij zijn aanhanger rijbewijs nog niet zo lang heeft, merkt John droogjes op. “Dat kun je wel zien ja.” En dat terwijl John zelf geen groot rijbewijs heeft. “En ook geen klein rijbewijs trouwens, ik heb altijd een Bob”, zegt hij, terwijl hij Roger een vriendelijke klop op zijn schouder geeft.
Op zijn beurt wrijft Van der Velde de verhuizers op deze sombere novemberdag fijntjes in dat hij na het weekeinde met bakwagen en aanhanger richting Nice in Frankrijk vertrekt, waar het op dat moment zonnig is, met temperaturen tussen de 20 en 25°C.
Tekst gaat verder onder de foto.
Buitenlandritten
En dat blijkt te kloppen, als we hem enkele dagen later telefonisch in Nice spreken, waar hij en Michel net hun vracht hebben gelost. De heenreis ging gepaard met flink wat files, maar verder was de 1.300 km lange toer weer een mooie ervaring. “Die buitenlandritten hebben we niet zo vaak, maar ze vormen wel de kers op de taart. Vier dagen rijden en één dag lossen is voor mij net lang genoeg om van huis te zijn. Veel langer moet het niet duren, ik heb thuis nog twee kinderen van acht en drie jaar oud en die wil ik niet te lang missen.”
Dat het contact met deze opdrachtgever goed is, blijkt wel uit de ontvangst in Frankrijk. Voor chauffeur en bijrijder stonden de pizza’s al klaar. En na alle inspanningen van het lossen konden ze uitgebreid douchen om weer fris aan de terugreis te beginnen. Het klinkt allemaal jaloersmakend. Toch maar eens solliciteren als verhuizer? “Ik zou er niet aan beginnen”, reageert Van der Velde met een gulle lach. Om te vervolgen met: ”Alle gekheid op een stokje. Het is een zwaar beroep. Je moet ervoor gemaakt zijn. Als je altijd in transport hebt gezeten dan is het echt niet zo dat je verhuizen er even bij doet. Er komt heel veel bij kijken.” Michel vult aan: “Verhuizer is geen chauffeursberoep. De meeste beroepschauffeurs zitten vooral in de cabine en pikken ergens een lading op. Wij moeten zelf voor de lading zorgen.”
Lees ook: