‘Eén epileptische aanval, twee jaar geen vrachtwagen rijden’
Dat alcohol en drugs de rijvaardigheid beïnvloeden is algemeen bekend. Maar dat geldt ook voor bepaalde medicijnen en aandoeningen. Waar moet je op letten om te allen tijde veilig de weg op te kunnen?
Het nieuwsbericht eind augustus sloeg in als een bom: een 45-jarige Spaanse vrachtwagenchauffeur reed met zijn truck een dijk in Nieuw-Beijerland af. Zeven mensen, onder wie een ongeboren baby, kwamen daarbij om het leven. De advocaat van de chauffeur liet via de media weten dat zijn cliënt een epileptische aanval zou hebben gehad waardoor hij de controle over zijn vrachtwagen verloor.
Het CBR ontving veel vragen naar aanleiding van deze opmerking over de regels die gelden voor chauffeurs met een aandoening. Omdat het onderzoek naar de oorzaak van het ongeval nog loopt en er inmiddels ook naar buiten is gebracht dat de chauffeur cocaïne heeft gebruikt, is het nog gissen naar de ware oorzaak van het ongeval. Wat we wel weten, is dat verdovende middelen, bepaalde medicijnen of een aandoening invloed kunnen hebben op de rijvaardigheid.
Verplichte keuring
Iedereen weet dat alcohol en drugs van invloed zijn op (onder andere) het reactievermogen. Maar misschien is minder bekend dat ook talloze aandoeningen de rijvaardigheid beïnvloeden. Denk onder andere aan epilepsie, een hartaandoening, dementie, maar ook een oogaandoening, een slaapstoornis of een depressie.
Bij het behalen of verlengen van het grootrijbewijs moet een chauffeur daarom minimaal elke vijf jaar aantonen gezond genoeg te zijn om te rijden. Het CBR beoordeelt dit aan de hand van de Gezondheidsverklaring, die de chauffeur zelf invult. Ook zit er een verplichte keuring aan vast bij de bedrijfs- of arbo-arts. Indien nodig wordt aanvullend een rapport van de specialist opgevraagd.
CBR-woordvoerder Nanda Troost: “Een vrachtwagen- of buschauffeur zit veel uren op de weg. Ook rijden ze met grote en zware voertuigen. Als deze professionele chauffeurs niet gezond genoeg zijn om de weg op gaan, bestaat er een groter risico voor de verkeersveiligheid. Daarom gelden er zwaardere eisen voor de medische keuring bij het grootrijbewijs dan voor het B-rijbewijs.”
In de praktijk
Johan (echte naam bij de redactie bekend) mocht twee jaar lang niet werken als beroepschauffeur, als gevolg van een aandoening. Hij ging in 2007 aan de slag als trucker en was jarenlang kerngezond. Totdat hij in 2019, tijdens zijn vakantie, plotseling flink ziek werd. “Ik dacht zelf aan een zware migraineaanval. Maar het ene moment zat ik aan het voeteneind van het bed en het volgende moment lag ik op de grond en stond er ambulancepersoneel om me heen. Dus er was wel wat anders aan de hand dan migraine.” In het ziekenhuis bleek Johan een gebroken enkel en rug te hebben als gevolg van een val. Na een MRI en EEG werd echter geen oorzaak gevonden voor zijn zware hoofdpijn en black-out. “Wel gaven ze me in het ziekenhuis direct medicatie tegen epilepsie.”
Uiteindelijk werd hij met de ambulance naar Nederland vervoerd, waar nog diverse scans volgden. “Ook in het Nederlandse ziekenhuis kwam niets bijzonders uit de onderzoeken naar voren. Maar als beroepschauffeur moest ik mijn situatie uiteraard wel melden bij het CBR. Uit mijn medisch rapport concludeerden ze dat ik naar alle waarschijnlijkheid toch een epileptische aanval had gehad. Het CBR nam in haar oordeel wel mee dat dit mijn eerste aanval was en niet officieel was vastgesteld dat het epilepsie betrof.”
Johan mocht vervolgens drie maanden geen personenauto besturen. De vrachtwagen mocht hij pas weer besturen als hij twee jaar geen aanval meer had en twee jaar lang medicatievrij was. “Ik besloot vanaf dat moment direct mijn medicatie af te bouwen. In de twee jaar dat ik geen vrachtwagen mocht rijden, mocht ik gelukkig wel een bestelbus besturen tot 3,5 ton waardoor ik toch aan het werk kon blijven.”
Strenge controle
In juni dit jaar was het eindelijk zover: Johan mocht weer achter het stuur van zijn truck kruipen. Toch blijft hij ook nu nog vele jaren onder strenge controle. “Toen ik twee jaar vrij was van medicatie en aanvallen, heb ik bij het CBR een Gezondheidsverklaring ingediend. Er is opnieuw een MRI en twee soorten EEG-scans uitgevoerd en alles was goed.”
De chauffeur kreeg zijn grootrijbewijs voor één jaar terug en zijn personenrijbewijs voor twee jaar. Dus ook komend jaar moet hij opnieuw een Gezondheidsverklaring indienen bij het CBR. “Dan krijg ik weer een verwijsbrief voor de neuroloog, die moet bepalen of het verantwoord is dat ik als beroepschauffeur werk.”
De kosten voor het online invullen van de Gezondheidsverklaring komen voor rekening van de chauffeur zelf. “Dat is nog niet zo erg, want deze verklaring kost een paar tientjes. Maar een deel van de scans die ik heb ondergaan, moest ik ook zelf betalen omdat er geen medische noodzaak meer voor was. Die kosten lopen hoog op. Dit is bizar, maar toch ga ik ervoor. Ik wil namelijk chauffeur blijven; dat is echt mijn passie.”
Vermoeidheid
Naast de genoemde factoren, is ook het pakken van voldoende rust van essentieel belang om alert achter het stuur te kunnen zitten. “Natuurlijk is ook vermoeidheid een factor die invloed heeft op de rijvaardigheid”, vervolgt de CBR-woordvoerder. “Wie vermoeid is, is minder alert. Het reactievermogen neemt af. Niet voor niets zijn er wettelijke regels voor rusttijden voor chauffeurs. Iedere bestuurder heeft hierin altijd een eigen verantwoordelijkheid: ga alleen de weg op als dit veilig en verantwoord kan.”
Chauffeurs krijgen tijdens het theorie-examen daarom ook vragen over zaken die de rijvaardigheid kunnen beïnvloeden, aldus Troost. “Onderwerpen als de invloed van de lichamelijke en geestelijke gesteldheid en het gebruik van alcohol, drugs en medicijnen op bestuurders zijn altijd onderdeel van de exameneisen en theorie-examens.”
Unicode
Het CBR gaat over de rijbevoegdheid en -geschiktheid van chauffeurs. De Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) controleert onder andere op de regels voor arbeids-, rij- en rusttijden, onder meer ter waarborging van de veiligheid, gezondheid en het welzijn van chauffeurs, en de verkeersveiligheid. Voor chauffeurs geldt namelijk een maximum voor de dagelijkse, wekelijkse en tweewekelijkse rijtijd. Ook moeten chauffeurs van vrachtwagens en touringcarbussen dagelijkse en wekelijkse rust nemen.
Daarnaast controleert de ILT op het rijbewijs, zegt woordvoerder Joyce Mooring. “Is de chauffeur volgens zijn rijbewijs geschikt om het voertuig te besturen? Denk hierbij aan de geldigheid van het rijbewijs en de code 95 voor voor beroepschauffeurs. Daarnaast kan op een rijbewijs een unicode staan, met daarin bijzonderheden omtrent de rijbevoegdheid van een chauffeur. Inspecteurs van de ILT of politie gaan in dat geval na of deze unicode invloed heeft op het op dat moment verrichte vervoer.”
Coderingen
Beperkingen met betrekking tot de rijbevoegdheid worden in het rijbewijs aangeduid met coderingen. Zo staat 0.1 voor correctie en/of bescherming van het gezichtsvermogen; denk bijvoorbeeld aan een bril of contactlenzen. Er zijn ook codes die verwijzen naar aanpassingen aan het voertuig zoals ‘15: aangepaste koppeling’.
De ILT controleert niet op medicatie- of drugsgebruik van chauffeurs. “Dat ligt meer in het verlengde van het politietoezicht. Zijn er vermoedens dat een chauffeur gedronken heeft, drugs heeft gebruikt of op een andere manier onder invloed of verward is, dan schakelt de ILT de politie in en mag de chauffeur niet verder rijden.”
Daphne Doemges
Lees ook: